Familie

Gerhardus Cornelis Fabius (Amsterdam, 15 februari 1813 - Naarden, 29 april 1887) was een Nederlandse kapitein van het Indische leger en later burgemeester van Buiksloot, Landsmeer, Naarden en Muiden.

Fabius stamde uit het patricische geslacht Fabius en was een zoon van Arnoldus Nicolaas Jacobus Fabius (1792-1816), ambtenaar bij de Staatssecretarie, en Cornelia Hendrina Brouwer (1787-1857).

Uit dit huwelijk werd behalve Fabius nog een jong gestorven zusje geboren. Zijn moeder hertrouwde in 1820 Johannes Pieter Weisz.

Gerhardus Cornelius trouwde in 1854 Anna Petronella Beudeker (1827-1905), uit welk huwelijk, naast twee jonggestorven dochters, vijf kinderen werden geboren onder wie generaal-majoor en schrijver Arnold Nicolaas Jacobus Fabius en Gerhardus Cornelis Abraham Fabius (1863-1932), generaal-majoor inf., luitenant-generaal tit. Een kleinzoon van hen was Jan Fabius.

Loopbaan

Fabius nam in 1831 als jonge man deel aan de Tiendaagse Veldtocht en werd in de rang van sergeant bij het bataljon vrijwillige artilleristen bij Koninklijk Besluit van 16 december 1837 benoemd tot tweede luitenant. In oktober 1838 werd hij in zijn rang en anciënniteit overgeplaatst bij het leger in Indië.

Aldaar werd hij in juni 1843, dan werkzaam bij de sectie personeel, bevorderd tot eerste luitenant en in januari 1849, bij dezelfde sectie, bevorderd tot kapitein. In augustus 1852 vroeg en verkreeg hij eervol ontslag uit de militaire dienst en vertrok in september van dat jaar per stoomschip Maasstroom naar Nederland.

Bij Koninklijk Besluit van 15 september 1858 werd Fabius benoemd tot burgemeester van de gemeente Buiksloot. Bij Koninklijk Besluit van 9 november 1858 bekrachtigde Z.M. De Koning de benoeming van Fabius, niet alleen als burgemeester maar ook als secretaris van Buiksloot.

Bij Koninklijk Besluit verkreeg Fabius in maart 1860 daarnaast het burgemeesterschap van Landsmeer. Met ingang van 1 januari 1863 werd hij benoemd tot burgemeester van de gemeentes Naarden en Muiden.

Fabius overleed in april 1887 na een korte maar hevige ziekte en werd begraven op de Algemene Begraafplaats (tegenwoordig Oude Begraafplaats) te Naarden; hij was ridder van het Metalen Kruis.